Verhuizing én nieuw schoolsysteem? Docenten Kristel en Arno kunnen niet wachten.

In het kader van onze nieuwbouw zullen we jullie dit schooljaar regelmatig informeren over de ontwikkeling en voortgang hiervan. Deze week komen docenten Kristel Verhallen en Arno van Eijl aan het woord.
Van Maerlant stapt volgend schooljaar over op een nieuw onderwijssysteem. Alsof dat niet genoeg is, krijgen de leerlingen vanaf september 2022 les in een spiksplinternieuw schoolgebouw. Wat vinden NASK-docente Kristel Verhallen en economiedocent Arno van Eijl van deze overstap?

Door Wout Fassbender

Voor Kristel en Arno zou Van Maerlant bij wijze van spreken morgen al kunnen beginnen met de nieuwe manier van lesgeven, in het fonkelnieuwe gebouw. ,,Het voelt straks ook echt van ons, omdat wij mochten meedenken met de inrichting, indeling en architectuur”, jubelt Arno.

Kristel schetst een voorbeeld van hoe haar leslokalen eruit komen te zien. ,,Als je inspraak krijgt, dan ga je dromen over de indeling”, zegt ze met een twinkeling in de ogen. ,,Nu werken wij nog met losse gasbranders, maar straks komt een statief uit het plafond met stopcontacten en een gasbrander, krijgen we een nieuwe zuurkast en alles wat je nog meer nodig hebt om practica te kunnen uitvoeren.”

Lange aanlooptijd

De aanloopperiode is lang geweest. Liefst vijf jaar geleden werd al gepeild of de urgentie er was om het anders te doen, vertelden directeur Tiny de Groot en onderwijsmanager Geert-Jan Willems. Die noodzaak was er. Dus ging het roer om en komt de verhuizing steeds dichterbij

“Ik denk dat het ook goed zou zijn als docenten gezamenlijk de dag opstarten én afsluiten” Arno van Eijl, economiedocent.

Een spannende tijd breekt aan, erkennen NASK-docente Kristel en economiedocent Arno. Van Maerlant zit momenteel nog in de ontdekkings- en uitprobeerfase. ,,We oefenen nu in een oud schoolgebouw met het nieuwe schoolsysteem. Dat is prettig. Alleen hebben we in het oude gebouw niet alle benodigde faciliteiten. Het mist in mijn ogen daardoor de optimale uitwerking”, geeft Arno toe.

SISU-methode

Van de stap-in-stap-uit-methode (SISU) wordt al gebruik gemaakt. SISU is een manier waarop de leerlingen rustig de dag kunnen opstarten en vertellen over wat hen, bijvoorbeeld, bezighoudt of dwarszit. Dit vindt nu nog klassikaal plaats, maar kan ook individueel of in kleinere groepen.

,,Ik sta hier echt positief tegenover”, begint Kristel haar uitleg. ,,Je ziet de kaders ontstaan van hoe dit straks eruit komt te zien, maar dat is nu nog niet zo. Het is een nog volop in ontwikkeling.”

Ook Arno ziet het potentieel van de SISU-methode in. Hij zou het zelfs nog breder trekken. ,,Ik denk dat het ook goed zou zijn als docenten gezamenlijk de dag opstarten én afsluiten. In het bedrijfsleven gebeurt dit ook. Zo kun je elkaar nog beter helpen om de doelen bereiken.”

De klassieke docent

Arno is van het klassieke lesgeven. De 56-jarige economiedocent doet heel graag zijn verhaal voor de klas. Op het nieuwe Van Maerlant werken de leerlingen in zones. Zo zullen wiskunde, rekenen en economie in dezelfde zone vallen. Natuurkunde, biologie en scheikunde vormen de bètazone. De leerlingen werken straks veel meer in groepjes en in projectvorm, met (eventuele) uitleg in een theorielokaal in die zone.

“Als het zelfstandig werken lastig blijkt, zullen wij de leerlingen daarin ondersteunen.” Kristel Verhallen, NASK-docente.

In dat lokaal zou Arno graag staan. ,,Ik vind lesgeven zo ontzettend leuk om te doen. Laat mij maar veel in het theorielokaal bezig zijn, dan kan een ander zich bijvoorbeeld meer richten op individuele coaching”, vertelt hij opgewekt in zijn eigen economielokaal. ,,Ik sta helemaal achter deze manier van lesgeven want wat we nu doen is zo ouderwets. Dat gebeurde honderd jaar geleden ook al. Laat de leerlingen maar op deze manier ontdekken wat ze leuk vinden. Op het mbo moeten ze ook werkstukken maken of in projectverband werken.”

Over de nieuwe lesvorm is ook de NASK-docente te spreken. ,,Zo leren zij ook onderzoeksvaardigheden aan en kunnen ze zelf op onderzoek uitgaan binnen de thema’s die moeten worden behandeld. Als het zelfstandig werken lastig blijkt, zullen wij hen als docenten daarin ondersteunen.”

Uitdaging in examenjaar

Toch heeft de 44-jarige Kristel ook een punt van uitdaging, zoals ze het omschrijft: de examens. Zij ziet zichzelf als een kritische vriend van de nieuwe lesmethode. ,,Kijk, als je drie jaar lang totaal je eigen planning hebt kunnen maken en je gaat dan ineens een aantal maanden voor je examens weer volledig focussen op die lesstof, dan is dat voor de leerlingen natuurlijk heel vreemd. Het examenjaar vraagt onze aandacht.”

“Ik weet vóór de examens al waar mijn leerlingen naartoe gaan. Die examens heb ik daar echt niet voor nodig.” Arno van Eijl.

Arno maakt zich niet zo druk. Wat hem betreft komen de examens sowieso te vervallen. Ook al zo ouderwets en vooral een teken van wantrouwen, stelt de leerjaarvoorzitter van het examenjaar. ,,Ik weet vóór de examens al waar mijn leerlingen naartoe gaan. Die examen heb ik daar echt niet voor nodig. De examen tellen mee voor de helft van je eindcijfer. Een week examens maken, is van net zoveel waarde als twee jaar op school je best doen. Bij een slechte dag, heb je een probleem”, benadrukt Arno